Seks is niet uitsluitend bedoeld voor de voortplanting en hoeft dus niet altijd tot kinderen te leiden. Je mag gewoon genieten en plezier hebben. Bovendien mag je zelf bepalen hoe je seksuele leven er uit ziet.
Voor ons vanzelfsprekend maar het ging lange tijd lijnrecht in tegen de kerkelijke moraal. Pas vanaf halverwege de jaren zestig ontwikkelt zich een vrije seksualiteit en wordt ook abortus legaal. Tegenwoordig wordt de discussie – die vooral in ontwikkelingslanden nog heftig aan de orde is – gevoerd onder de noemer van ‘seksuele en reproductieve rechten’.
Abortuswet
Nederland heeft sinds 1911 een abortuswet. Vanaf dan is een arts officieel strafbaar als hij een zwangerschap afbreekt. Voor die tijd bestonden geen wetten om het afbreken van een zwangerschap te regelen. Abortus was een ongewenste maar bestaande praktijk.
In 1971 werd de eerste abortuskliniek opgericht, in rap tempo gevolgd door talloze anderen. De overheid paste ‘gedoogbeleid’ toe: abortus was illegaal, maar werd niet vervolgd. Dit beleid komt overeen met de vrijere seksuele moraal. Abortus wordt langzaam aan breed geaccepteerd door de bevolking.
Sinds 1981 is er een Wet Afbreking Zwangerschap die abortus toestaat in speciaal daarvoor bestemde klinieken met een verplichte bedenktijd van vijf dagen. Een abortus is legaal tot een zwangerschap van 24 weken.
Vrije seksuele moraal
Vanaf de jaren zestig was er geen ontkomen meer aan: mensen wilden zelf beslissen over hun seksuele leven, en dus ook of en wanneer ze kinderen wilden. Steeds sterker ook, ontwikkelt zich het besef dat een zwangerschap zich toch echt in het vrouwelijke lichaam afspeelt en dat een vrouw over haar eigen lichaam beschikt. Een vrouw moet ‘baas in eigen buik’ zijn!
Naast het recht op zelfbeschikking, is een belangrijke reden om abortus niet langer strafbaar te stellen, medisch van aard. Het is gewoonweg gevaarlijk om abortus te laten plegen door iemand die niet goed weet wat hij doet. Prutsen met breinaalden, zeepsop en andere methoden kan je het leven kosten.
Er groeide in de jaren ‘60 en ‘70 ook een tegenbeweging. Sommige groepen verzetten zich fel tegen wat ze zagen als moord op een ongeboren kind. Ze stonden lijnrecht tegenover onder meer de Dolle Mina’s en de ‘baas in eigen buik’ beweging. Een ferm moreel conflict dat op veel plekken in de wereld nog steeds bestaat.
Paus
In 1968 verschijnt een pauselijke encycliek (Humanae Vitae) waarin de katholieke kerk herbevestigt dat abortus volgens het geloof verboden is, evenals voorbehoedsmiddelen als de pil en het condoom. Er kwamen kritische reacties. Het hoofdbestuur van het HV liet weten:
Onzedelijk is zo’n verbod, als miskenning van de persoonlijke verantwoordelijkheid, als uiting van onbegrip voor de waarde van het menselijk leven in al zijn aspecten, en als poging tot autoritaire dwang in zeer persoonlijke zaken waarbij juist aan objectieve voorlichting behoefte is; onzedelijk tenslotte als een volslagen miskenning van de waarde van huwelijk en liefde-beleven, wanneer deze waarde in de eerste plaats in vruchtbaarheid wordt gezien. Het hoofdbestuur van het Humanistisch Verbond vertrouwt, dat allen die pogen hun leven redelijk verantwoord in te richten, deze pauselijke uitspraak zullen afwijzen als ontoelaatbaar.
Eeuwen bestaande praktijk
Abortus was ook voor de abortuswetgeving een bestaande praktijk. Dat kon ook moeilijk anders. Als er geen of weinig voorbehoedsmiddelen zijn en er weinig voorlichting is, worden vrouwen ongewenst zwanger. Vroeger lieten ze zich ‘behandelen’. Dat gebeurde meestal onzorgvuldig en onprofessioneel (met scherpe voorwerpen en spuiten), soms met de dood van de vrouw als gevolg. Geen toegang tot voorbehoedsmiddelen en geen mogelijkheid tot fatsoenlijke abortus, heeft miljoenen vrouwen in de problemen gebracht en/of onnodig het leven gekost. In sommige landen is dat nog steeds zo.
Miljoenen gewonden en doden
Volgens de World Health Organisation vinden er jaarlijks wereldwijd 22 miljoen (!) onveilige abortussen plaats. Ieder jaar worden in ontwikkelingslanden 7 miljoen (!) vrouwen opgenomen wegens ernstige complicaties ten gevolge van een onveilige abortus. Vooral in sub-Sahara Afrika sterven naar verhouding veel vrouwen door een onveilige abortus (520 per 100 000). Vrijwel al deze doden hadden door goede seksuele voorlichting, voorbehoedsmiddelen en veilige abortusmogelijkheden, voorkomen kunnen worden.
Humanisme en seksualiteit
In wezen bestaan in de humanistische levensbeschouwing geen speciale geboden of verboden voor seksualiteit, anders dan degenen die uit een respectvolle omgang met elkaar vloeien. Seksualiteit is een persoonlijke kwestie en is pas onderdeel van een maatschappelijke en wettelijk moraal als er schade aan personen, zelfbeschikking en de menselijke waardigheid wordt toegebracht.
Abortus zou volgens humanisten geen onderdeel van het strafrecht moeten zijn. Ook de vijf dagen verplichte bedenktijd voor vrouwen zou moeten worden afgeschaft. Dit vooronderstelt immers dat vrouwen de keuze voor een abortus gemakkelijk maken, en een externe autoriteit nodig hebben bij hun keuze. Humanisten staan achter de 24-wekengrens omdat de foetus dan levensvatbaar is. Daarmee komt de foetus volledige beschermwaardigheid toe. En zo kan de beslissing over leven en dood dus niet alleen meer bij de vrouw liggen.
Nog veel werk te doen
In landen waar voorbehoedsmiddelen en seksuele voorlichting beschikbaar zijn, is het aantal abortussen sinds 1990 ferm gedaald. Miljoenen vrouwen zouden er baat bij hebben als voorbehoedsmiddelen en voorlichting ook in hun land beschikbaar zijn. En nog eens miljoenen vrouwen zouden er baat bij hebben als ook in hun regio een veilige en fatsoenlijke abortus mogelijk is. Hoewel abortus in Nederland goed is geregeld, is er internationaal nog veel werk te doen.